donderdag 27 december 2018

De Hawzah van Qom pest Fadlollah

De Hawzah van Qom pest Fadlollah


Sayed Mohamed Ali al Hashemi al Mashadi:

‘’Het eerste wat wij in Qom te horen gekregen van de genoemde persoon (Fadlollah), is wat te maken heeft met Fatima al Zahra (as), in een audio band zegt hij: ‘Ik raak niet betrokken met de overleveringen die beweren dat haar rib is gebroken.’

Dit hoorden wij in de winter van het jaar 1414. Dit heeft voor veel ophef gezorgd tussen de mensen van kennis, en de normale mensen. Een aantal gerespecteerden hadden direct het initatief genomen om naar hem (Fadlollah) te schrijven, waarin zij hem uitleg gaven over het gevaar van zijn standpunten. Dit waren: Sheikh Hadi aal Radhi en Sheikh Hasan al Jawahiri en Sheikh Baqir al Irawaani, zij kwamen bijeen in het huis van Sayed Ja’far al Ameli in Qom. Zij hadden hem verteld over het gevaar van de situatie en de felle antwoorden van Ayatollah Sayed Qolbayqani tegen de genoemde persoon, Sayed Ja’far al Ameli schreef hem een snelle brief op 2 Jamad al Thani 1414, waarin hij hem vroeg over de situatie, het antwoord kwam op 3 Jamad al Thani 1414 waarin hij (Fadlollah) zei dat wat hij heeft gezegd over de gebroken rib en de miskraam geen bevestiging is maar afvragingen. Sayed Ja’far al Ameli stuurde vervolgens een brief met daarin alle bronnen over het onderwerp, waarop het antwoord (van Fadlollah) kwam dat hij deze niet heeft bestudeerd en nadat hij ze heeft bestudeerd het tot de fundamenten van de stroming behoort. Dit antwoord werd in Qom verspreid en er ontstond rust. Totdat hij (Fadlollah) opnieuw hetzelfde herhaalde, waardoor Sayed Qolbayqani een brief naar hem schreef en hem bekritiseerde over het behandelen van zulke onderwerpen die leiden tot onrust en verwarring. Hij (Fadlollah) stuurde dezelfde brief naar Sayed Qolbayqani, maar wat vreemd is, is dat hij (Fadlollah) de brief ontkent in een van zijn lezingen.



Hij (Fadlollah) bezocht de Islamitische republiek om aanwezig te zijn in meerdere conferenties in Teheran. Sheikh Mahdi al Attar nodigde hem uit naar Qom om een lezing te geven in de Sjaheed al Sadr Moskee, om zijn naam te laten glimmen nadat het was zwart gemaakt, door het onderwerp van Fatima al Zahra (as). Hij (Fadlollah) kwam naar Qom en werd als gast ontvangen bij Sayed Ja’far al Ameli. Een aantal geleerden zagen dit als een kans om hem te bezoeken aangezien hij in Qom is. Zij hebben hem meer dan een uur gezien in het huis van Sayed Ja’far al Ameli, tijdens de bijeenkomst ontstond er een discussie. Dit is wat er gebeurde volgens een aantal aanwezigen:


Het was een uur in de middag op 21 Sha’baan 1414, degenen die aanwezig waren: Sheikh Mohammed Mahdi al Asefi, Sheikh Baqir al Irawani, Sayed Alaa’ al Musawi, Sayed Husain al Tabrizi, Sayed Ahmed al Hakeem al Khateeb, Sheikh Mostafa al Mansoeri, Sayed Ali al Badri en Sayed Ja’far al Ameli.


Sheikh al Irawani begon de bijeenkomst: ‘Zij hebben een fout gemaakt door jou uit te nodigen om een lezing te geven in de Sjaheed al Sadr moskee, de sfeer onder de Irakezen is spanning wat kan uitlopen tot problemen en geweld.

Fadlollah zei: ‘Ik heb het nagevraagd bij de Iraanse broeders, zij waren er niet op tegen.’


Sheikh al Irawani: ‘Jij hoort de Irakezen te ondervragen niet de anderen, want zij zijn het beste op de hoogte van de situatie in Qom.’

Fadlollah: ‘Er is geen Sjiitische geleerde die zou bekend is als mij, de Amerikaanse en Internationale inlichtingendiensten hebben deze beweging tegen mij gesticht, ik heb gesproken over de gebroken rib in een vragende vorm en het laten bewegen van de academische mogelijkheden, waarom zijn jullie studenten? Horen jullie niet te onderzoeken en na te denken?’

Sayed Musawi: ‘Het is te zien dat de manier van twijfelen over de Ahlalbait en hun deugden aanwezig is bij jou, waarom is dat zo?’


Fadlollah: ‘Ik heb die manier niet, ik wil de deuren van academische analyses openen, horen jullie niet te onderzoeken en na te denken over de zaken? ‘


Sayed Musawi: ‘Wil jij een academisch onderzoek over alles of over bepaalde zaken?’


Fadlollah: ‘Over alles.’

Sayed Musawi: ‘Vertel mij dan over jouw academische woorden over het graf van Fatima al Zahra (as), als het bekend is waar is de locatie precies? Wat is het bewijs daarvoor?’


Plotseling was het stil en kon er geen antwoord worden gegeven. Sayed Ameli greep in omdat het beschamend was en hij zei: ‘Het graf kan zijn in al Rawdah of al Baqee of haar huis.’



Vervolgens sprak hij (Fadlollah) over zijn bekendheid en greep Sayed Tabrizi in hij zei: ‘Jij bent niet bekender als Sheikh Montadhari.’


Fadlollah: ‘Dat klopt.’

Sayed Tabrizi: ‘Wees op de hoogte dat Montadhari gevallen is door zijn aanval op het recht van Fatima al Zahra (as) over Fadak en jij bent in de ogen van de Iranezen een tweede Montadhari. De profeet heeft gezegd: Fatima is een deel van mij wie haar pijn doet, doet mij pijn. Dit geld tot de dag des oordeel.’



Fadlollah zei: ‘Als zij mij uitschelden, mijn grootvader Imam Ali (a) werd ook uitgescholden.’


Sayed Tabrizi zei: ‘Degenen die Imam Ali (a) uitscholden waren de volgelingen van Banee Umayah, jij wordt uitgescholden door de Sjiieten.’


Fadlollah zei: ‘De Sjiieten hebben Imam al Husain (a) vermoord.’

Sheikh al Mansoeri zei: ‘Dat waren de volgelingen van de familie van Abee Sufyan.’

De aanwezigen waren verbaasd van de antwoorden (van Fadlollah) die lijken op de antwoorden van de Wahabi’s, die tegen de Sjiieten worden gebruikt. Zij waren verbaasd dat dit door een Sjiietische geleerde is gezegd.

Sayed al Musawi zei: ‘Sayed wij zijn hier gekomen om je te verzoeken om de uitnodiging van de Sjaheed al Sadr moskee te weigeren want dat zal tot een fitna tussen de mensen leiden. Als er gesproken moet worden kan dat in de bergen van Amil in Libanon.’


Fadlollah zei: ‘Dit moet gebeuren, maar ik zal vertellen wat jullie tevreden houd.’


Sayed Ahmed al Hakeem zei: ‘Vertel wat jouw grootmoeder al Zahra (a) tevreden houd.’

Sayed Ameli riep de aanwezigen op om gezamenlijk te gaan eten, Fadlollah wou uit het huis lopen maar werd tegengehouden door Sheikh Mansouri en hij zei tegen hem: ‘Sayed ik heb een vraag in mijn hart die ik wil stellen, ik wil een duidelijk antwoord.’

Fadlollah zei: ‘Vraag.’

Sheikh Mansouri zei: ‘Is de gebroken rib vastgesteld bij jou of niet?’

Fadlollah zei: ‘Dit is beroemd onder de Sjiieten.’


Sheikh Mansouri zei: ‘Laten we het niet daarover hebben, vertel mij over jouw mening.’

Fadlollah zei: ‘Ik heb geen onderzoek gedaan naar dit onderwerp, dit is een fitna.’


Sheikh Mansouri zei: ‘Die jij hebt gesticht.’

Fadlollah zei: ‘De geheime dienst zit hierachter.’

Sayed al Mousawi zei: ‘De volgelingen van Fatima al Zahra (as), de Amerikaanse inlichtingendienst kunnen van elk probleem profijt maken.’

Iedereen verliet de bijeenkomst. ‘’


Bron: Sayed Mohamed Ali al Hashemi al Mashadi, al Hawzah al Ilmiyah Tudien al Inhiraaf, p.11-15